Al sinds de heropening van de kinderopvang is het Protocol Kinderopvang meerdere malen gewijzigd. Ook in de laatste versie van 18 september zijn weer diverse aanpassingen doorgevoerd. Belangrijkste verandering is de opvang die een gastouder wel of niet mag bieden in geval van een zieke huisgenoot. Hieronder leggen we uit hoe het precies zit.
Al sinds de heropening van de kinderopvang is het Protocol Kinderopvang meerdere malen gewijzigd. Ook in de laatste versie van 18 september zijn weer diverse aanpassingen doorgevoerd. Belangrijkste verandering is de opvang die een gastouder wel of niet mag bieden in geval van een zieke huisgenoot. Hieronder leggen we uit hoe het precies zit.
Coronavirus en verkoudheidsklachten
Het Protocol Kinderopvang wordt naar aanleiding van nieuwe inzichten periodiek aangepast door het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) in overleg met het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM). Als gevolg van het coronavirus wordt het beleid in de kinderopvang regelmatig bijgestuurd om zo de gezondheid van medewerkers, ouders en kinderen te waarborgen.
In dit kader gold in eerste instantie de maatregel dat gastouders geen opvang mochten aanbieden op het moment dat een huisgenoot verkoudheidsklachten heeft. Klachten zoals neusverkoudheid, loopneus, niezen en keelpijn kunnen namelijk symptomen zijn van COVID-19. Bovendien kan het virus door hoesten en niezen verder worden verspreid.
Koorts of benauwdheid bij huisgenoten van de gastouder
Inmiddels heeft SZW in overleg met het RIVM besloten om deze opvangcriteria enigszins te versoepelen. Bij gastouderopvang in eigen huis geldt nog altijd de richtlijn dat de gastouder geen opvang kan bieden, als een huisgenoot benauwdheidsklachten en/of koorts (38°C of hoger) heeft. Volgens de experts brengt de opvang in dat geval teveel gezondheidsrisico’s met zich mee.
Wat er sinds 18 september echter is veranderd, is dat de gastouder nu wél opvang mag bieden als een huisgenoot verkouden is. Wel mag de huisgenoot in geen geval in contact komen met de kinderen die worden opgevangen, noch met de ouders die ze komen brengen en halen. Van de gastouder wordt verwacht dat deze alle noodzakelijke maatregelen treft om dit te garanderen.
Verkoudheid bij kinderen van de gastouder
Ondanks deze lichte versoepeling in het beleid, gelden nog altijd strikte criteria op het gebied van gastouderopvang. Zo mogen gastouders geen kinderen opvangen, zolang ze in afwachting zijn van de uitslag van een coronatest. In geval van een positieve uitslag, kan de gastouder pas weer opvang bieden nadat ze 24 uur klachtenvrij is, plus 10 dagen vanwege de incubatietijd.
Hebben de eigen kinderen van de gastouder van 0 tot 4 jaar of in groep 1 en 2 van de basisschool verkoudheidsklachten? Dan mag de gastouder de opvang op reguliere manier blijven voortzetten. SZW en het RIVM blijven de ontwikkelingen rondom COVID-19 de komende tijd nauwgezet volgen. Nieuwe wijzigingen in het Protocol Kinderopvang in de nabije toekomst zijn dan ook niet uit te sluiten.